Factsheet zelfmoord en kanker
Deze factsheet geeft een overzicht van cijfers, factoren, preventiestrategieën en aandachtspunten specifiek voor deze doelgroep.

Cijfers
- Het suïciderisico bij kankerpatiënten is 2 tot 4,4 keer groter dan bij de algemene bevolking (Amiri & Behnezhad, 2019; Du et al., 2020; Zaorsky et al., 2019).
- Het suïciderisico is het hoogst de eerste 6 maanden na de diagnose (Du et al., 2020; Henson et al., 2019; Ravaioli et al., 2019; Zaorsky et al., 2019).
- Het suïciderisico is hoger bij ouderen met kanker dan bij ouderen met andere medische aandoeningen (Anguiano, Mayer, Piven, & Rosenstein, 2012; Miller et al., 2008).
- Bij mensen met slokdarm-, pancreas-, long-, maag-, lever- en hoofd- en halskanker is het suïciderisico het hoogst (Amiri & Behnezhad, 2019; Du et al., 2020). Een slechtere prognose en verder gevorderde vorm van kanker vormen belangrijke risicofactoren (Amiri & Behnezhad, 2019; Du et al., 2020; Ravaioli et al., 2019).

Factoren
Aan de basis van zelfmoordgedachten en zelfmoord ligt nooit één oorzaak of factor. Zelfmoord en zelfmoordgedachten ontstaan altijd vanuit een wisselwerking tussen tal van genetische, biologische, psychologische en sociale factoren. Volgende factoren dienen extra aandacht te krijgen bij mensen met kanker:
- Beschermende factoren: sociale en psychologische steun (Allebeck, Bolund & Ringbäck, 1989), betere fysieke mogelijkheden (Akechi et al., 2002).
- Risicofactoren:
- Oudere, blanke, ongehuwde mannen met kanker hebben een hoger suïciderisico dan andere kankerpatiënten (Du et al., 2020; Ravaioli et al., 2019; Zaorsky et al., 2019).
- Bijwerking van de behandeling tegen kanker, fysieke beperkingen en veranderingen in familiale of andere sociale rollen kunnen leiden tot lagere levenskwalietit en zo het risico op suïcide verhogen (Du et al., 2020; Pitman et al., 2018).
- Ook pijn, lage overlevingskansen en gelimiteerde behandelingsopties zijn belangrijke risicofactoren (Henson et al., 2019).
- Depressieve symptomen komen voor bij 44% van de personen met hoofd- en halskanker (Duffy et al., 2002), komen algemeen vaker voor bij mensen met kanker dan bij de algemene bevolking (Mitchell et al., 2011; Ullman, 2017) en zijn een belangrijke risicofactor voor suïcide, zeker in de context van kanker (Pitman et al., 2018).
- Oudere, blanke, ongehuwde mannen met kanker hebben een hoger suïciderisico dan andere kankerpatiënten (Du et al., 2020; Ravaioli et al., 2019; Zaorsky et al., 2019).
- Een verhoogd risico op zelfmoordgedachten wordt ook teruggevonden bij andere chronische aandoeningen. Cruciaal hierbij zijn een verlies aan mogelijkheden, veranderd toekomstperspectief en gevoelens van hopeloosheid/hulpeloosheid.

Preventie
- Het verhoogde suïciderisico in de eerste maanden na de diagnose kan erop wijzen dat er momenteel onvoldoende psychologische steun is voor mensen die gediagnosticeerd worden met kanker (Henson et al., 2019; Du et al., 2020). Bekendmaking van beschikbare ondersteuning (bv. via de Stichting tegen Kanker) kan hier een hulp zijn.
- Momenteel worden depressieve symptomen en angststoornissen te weinig vastgesteld en behandeld bij personen met kanker (Henson et al., 2019). Vroege detectie kan helpen om personen met een hoog suïciderisico te identificeren en hen de nodige hulp te bieden (Anguiano et al., 2012; Du et al., 2020).

Aandachtspunten
- In de gezondheidszorg blijken er nog heel wat misverstanden te heersen over suïcide bij kankerpatiënten. Zorgverleners moeten ondersteuning krijgen bij het omgaan met suïcidaliteit bij kankerpatiënten (Granek, Nakash, Ariad, Shapira, & Ben-David, 2019).
- Volg in communicatie over zelfmoord altijd de mediarichtlijnen.
- Vermeld steeds waar mensen terechtkunnen voor hulp: www.zelfmoord1813.be
Meer weten?
Alle aangehaalde bronnen zijn op vraag beschikbaar. Voor meer informatie of advies kan u terecht bij VLESP, het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie.