Ga verder naar de inhoud

Factsheet zelfverwonding

Deze factsheet geeft een overzicht van cijfers, factoren, preventiestrategieën en aandachtspunten specifiek voor deze doelgroep.

Dossiers

Cijfers

  • Bij zelfverwonding brengt een persoon zichzelf opzettelijk en op een directe manier fysiek letsel toe, zonder de bedoeling te hebben zich van het leven te benemen (Claes & Vandereycken, 2007).
  • Naar schatting 13,71% van de Vlaamse bevolking zou ooit in diens leven aan zelfverwonding doen (Claes et al., 2010; Baetens et al., 2011).
  • In 2018 heeft 8.0% van de jongens en 20.8% van de meisjes minstens eenmaal opzettelijk te veel pillen geslikt of zichzelf op een andere manier geprobeerd te beschadigen. De prevalentie was significant hoger bij de meisjes.
  • Resultaten van onderzoek naar genderverschillen in zelfverwonding zijn echter niet eenduidig. Uit het CASE-onderzoek blijkt dat zelfverwonding in Vlaanderen meer dan dubbel zo vaak voorkomt bij meisjes dan bij jongens (Van Rijsselberghe et al., 2009; Dierckens et al., 2019). Andere studies vinden geen genderverschillen (Baetens et al., 2011; Claes et al., 2014). Meisjes/vrouwen rapporteren vaker een jongere aanvangsleeftijd, ernstigere verwondingen, en meer heterogeniteit wat betreft frequentie en switching tussen zelfbeschadigende gedragingen (Andover et al., 2010; Whitlock et al., 2010). Mannen rapporteren een groter controlegevoel over hun zelfverwonding dan vrouwen. Ook wordt er een consistent genderverschil gevonden op vlak van methode: de meest gerapporteerde methode voor vrouwen was snijden en krassen, voor mannen zichzelf slaan (Baetens et al., 2011; Barrocas et al., 2012; Whitlock et al., 2010).
  • De startleeftijd van zelfverwondend gedrag is meestal in de vroege adolescentie tussen de 12 en 14 jaar (Plener et al., 2015; Ghandi et al., 2018; Muehlenkamp et al., 2012). Enkele (inter-)nationale onderzoeken melden daarnaast dat de leeftijd van 18-20 de op één na meest voorkomende leeftijd is waarop zelfverwondend gedrag start (Ghandi et al., 2018; Whitlock et al., 2011).
  • Jongeren die zichzelf verwonden hebben 3 keer meer kans op het ontwikkelen van zelfmoordgedachten, en het ondernemen van een zelfmoordpoging (Laye-Gindhu & Schonert-Reichl, 2005; Muehlenkamp et al., 2009; Whitlock et al. 2013; Zetterqvist et al., 2013).
  • Onderzoek toont aan dat 50 tot 75% van de individuen die zichzelf opzettelijk verwonden ooit een zelfmoordpoging ondernemen (Nock, 2009). Soms wordt opzettelijk zelfverwondend gedrag ook wel gesteld als alternatief voor en het vermijden van suïcide (Claes & Vandereycken 2007b).
Notieblok pennen

Factoren

Aan de basis van zelfverwondend gedrag ligt nooit één oorzaak of factor. Net als zelfmoord en zelfmoordgedachten ontstaat ook zelfverwonding altijd vanuit een wisselwerking tussen tal van genetische, biologische, psychologische en sociale factoren. Hieronder volgen enkele veel voorkomende factoren:

  • De thuissituatie (bv. gescheiden ouders of één-ouder-gezinnen) kan zowel een risicoverhogende als -verlagende impact hebben (O’Connor et al., 2009; Larkin et al., 2014).

  • Een geschiedenis van seksueel misbruik is een sterke risicofactor (O’Connor et al., 2009; Larkin et al., 2014).

  • Zorgen over seksuele geaardheid, gepest worden, relatieproblemen en alcohol- of druggebruik verhogen de kans op zelfverwonding (O’Connor et al., 2009; Larkin et al., 2014).

  • Er is een verband tussen depressie en zelfverwonding (Glassman et al., 2007; Plener et al., 2015).

  • Een negatief zelfbeeld kan bijdragen tot zelfverwondend gedrag (Claes et al., 2010).

  • Zelfverwondend gedrag bij vrienden of familie kan drempelverlagend werken (O’Connor et al., 2009).


Tak van een plant of struik

Preventie

  • Mobiliseer beschermende factoren zoals steun van familie, vrienden of leerkrachten.
  • Geef aan dat je beschikbaar bent om te praten.
  • Wees extra alert voor signalen van zelfverwonding bij kwetsbare personen (bv. gezinsconflict, depressie, laag zelfbeeld,…).

Het beoogde effect en de functie van het zelfverwondend gedrag voor de persoon zelf is belangrijk in het kader van preventie. Enkele veel voorkomende redenen die jongeren aangeven die zichzelf verwonden zijn: het omgaan met emotionele overspoeling, het ontladen van spanning, zelfbestraffing, het verminderen van negatieve gevoelens, als teken van macht en controle, het schreeuwen om aandacht en hulp en het verdrijven van eenzaamheid (Claes & Vandereycken, 2007; Callens, 2007).

Meer weten?

Meer informatie over (de preventie van) zelfverwonding vind je in volgende naslagwerken

  • Claes, L & Vandereycken, W. (2007). Zelfverwonding, hoe ga je ermee om?. Lannoo
  • Callens, N. (2007). Zelfverwonding bij jongeren, gids voor leerkrachten, leerlingenbegeleiders, ouders en vrienden. Garant

Specifieke informatie voor ouders en hulpverleners van jongeren die zelfverwondend gedrag vertonen is te vinden deze brochure.

Alle aangehaalde bronnen zijn op vraag beschikbaar. Voor meer informatie of advies kan u terecht bij VLESP, het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie.